Druk gedrag
Het is normaal wanneer kinderen zich af en toe druk gedragen. Ze kunnen ergens enthousiast over zijn of nerveus, omdat er iets spannends gaat gebeuren. Je ziet dan bijvoorbeeld dat kinderen niet stil kunnen zitten en erg onrustig zijn.
Voorkomen van druk gedrag
Sommige kinderen vinden het moeilijker om rustig bezig te zijn dan andere. Dat is niet erg, maar houd er wel rekening mee.
- Vaste regels en vaste gewoontes geven je kind rust en veiligheid.
- Zorg dat de week van je kind niet te vol is.
- Maak een dagindeling en bespreek die ‘s morgens met je kind. Een min of meer vaste dagindeling helpt drukke kinderen. Bij jongere kinderen kun je eventueel plaatjes gebruiken om de dagindeling op een rijtje te zetten.
- Kondig van tevoren aan wanneer er een andere activiteit aankomt Bijvoorbeeld: “Over vijf minuten ga je naar bed”.
- Laat steeds terugkerende activiteiten zoals opstaan, aankleden, wassen, eten en naar bed gaan, zoveel mogelijk volgens een vast patroon verlopen. Bijvoorbeeld: op een vast tijdstip in bad en pyjama aan. Daarna tanden poetsen en in de slaapkamer een verhaaltje voorlezen. Tot slot een kus en in bed.
- Maak de maaltijd overzichtelijk. Eet zoveel mogelijk aan tafel. Plaats tijdens het eten niet meer op tafel dan echt noodzakelijk. Tv, computer, telefoons en dergelijke gaan uit. Soms is het handiger om het brood van tevoren klaar te maken. Een afgesloten beker is handig als de bekers vaak omgaan. Laat de maaltijd niet te lang duren.
- Leg ‘s avonds vast de kleren voor de volgende dag klaar, liefst in de volgorde van aantrekken, dus ondergoed bovenop. Je kind kan zich dan gemakkelijker zelfstandig aankleden.
- Geef je kind weinig keuzes. Laat het wel kiezen, maar bijvoorbeeld uit slechts twee mogelijkheden.
- Geef je kind ruimte en gelegenheid om te spelen en dingen te ontdekken in en rond huis.
- Laat je kind regelmatig buiten spelen met vriendjes, ook als het slecht weer is. Houd je kind wel in de gaten.
Aandacht geven
Je kind heeft veel positieve aandacht en complimenten nodig. Prijs daarom goed gedrag en leg de nadruk op activiteiten die goed gingen. Soms moet je even zoeken, maar ieder kind laat elke dag ook gewenst gedrag zien. Ieder kind kan dus elke dag complimenten krijgen. Wacht niet te lang met het maken van het compliment. Wanneer een druk kind tien minuten rustig zit of speelt, kun je het prijzen. Pluimpjes uitdelen is belangrijk voor een positief zelfbeeld en vergroot het zelfvertrouwen van je kind. Ook voor jezelf is het goed, omdat je zo doorkrijgt hoe vaak je kind zich wél goed gedraagt. Complimenten maken de sfeer in huis beter en daardoor ook het gedrag van je kind.
- Als ouder heb je vaak de neiging om je kind aandacht te geven op momenten dat het heel druk is. Probeer je kind juist aandacht te geven als het rustig is. Dat hoeft niet uitgebreid, want dat stoort in het spel, maar geef je kind wel een compliment.
- Vertel erbij dat je het fijn vindt dat je kind rustig speelt. Zo leert je kind wat je van hem verwacht. Je kind merkt dat je hem zíet en zal het goede gedrag vaker laten zien.
- Speel af en toe met je kind of lees voor. Kijk goed naar de reacties, dan zie je wanneer het genoeg is voor je kind.
Ruimte in huis
Sommige kinderen hebben een rustige woonsituatie nodig, met bijvoorbeeld weinig geluid en rommel. Misschien helpt dit ook bij jouw kind?
Zorg voor een eenvoudige en rustige inrichting van de slaapkamer/hoek van je kind. Dit is niet hetzelfde als saai. Vrolijke kleuren kunnen best, maar geen behang vol drukke figuurtjes of patronen.
Leg niet te veel speelgoed los in de kamer. Beperk het aantal dingen waar je kind mee bezig kan zijn. Geef je kind één soort speelgoed tegelijk. Berg het speelgoed overzichtelijk op, liefst in een kast of in speelgoedboxen.
Er zijn ook kinderen die juist veel uitdaging nodig hebben. Voor deze kinderen is het belangrijk dat ze veel kunnen spelen in de woonkamer en op hun eigen slaapkamer.
Duidelijkheid
Enkele duidelijke regels zijn belangrijk. Daardoor leren kinderen wat je van hen verwacht. Je kind mag bijvoorbeeld wel buiten rennen, maar niet binnen.
- Houd je aan de regels en spreek je kind erop aan.
- Verwacht ook niet te veel van je kind. Voor een kleuter is een halfuur rustig kleuren bijvoorbeeld al veel.
- Praat met je kind in korte, duidelijke zinnen.
- Als je je kind een opdracht wil geven, moet die opdracht kort en duidelijk zijn. Moeilijkere opdrachten laat je stap-voor-stap uitvoeren. Ook dan is een duidelijke uitleg nodig. Zeg niet: “Pak je trui”, maar: “Ga naar boven en pak je groene trui met beertjes uit de kast”. Niet: “Ga je vlug aankleden, want we gaan eerst naar het postkantoor en daarna tante Annie bij oma halen”, maar stap-voor-stap. Eerst zeg je: “Ga je aankleden, want we gaan weg”, Daarna: “We gaan naar het postkantoor” en zo verder.
- je kind kan beter luisteren als je het vraagt je aan te kijken als je een opdracht geeft. Het laten herhalen van de opdracht kan ook goed werken.
- Laat kinderen om de beurt praten en naar elkaar luisteren. Zo leren kinderen op hun beurt wachten en naar anderen luisteren.
- Vraag je kind hoe je het kunt helpen zich aan de regels te houden. Vindt je kind het fijn als je hem eraan herinnert als het ‘fout’ dreigt te gaan? Door bijvoorbeeld een samen afgesproken woord te zeggen of een voor anderen niet opvallend gebaar te maken? Je kunt veel plezier hebben met het samen bedenken hiervan.
- Probeer zo consequent mogelijk te zijn. Dat geldt zeker voor het corrigeren van je kind, maar ook voor het geven van complimenten of het negeren van bepaald gedrag. Spreek als ouders onderling goed af hoe je zult reageren.
Bewegen en sport
Drukke kinderen moeten hun energie kwijt kunnen. Heel actieve kinderen zijn vaak gebaat bij veel buiten zijn en veel sporten.
Zorg ervoor dat je kind dagelijks kan lopen, fietsen, sporten of buiten spelen. Lang stilzitten is moeilijk voor drukkere kinderen. Periodes van stilzitten moeten even onderbroken worden. Voorbeeld: laat je kind tijdens de maaltijd helpen met het afruimen of laat je kind even iets uit de keuken halen.
Vooral sporten die individueel beoefend worden zijn geschikt. Deze sporten hebben het voordeel dat tempo en resultaat per persoon bepaald worden. Je kind hoeft zich dan niet aan te passen en samen te werken in een team. Heel geschikt zijn:
- zwemmen (ook voor de motoriek en ontspanning);
- judo (ook voor het krijgen van zelfvertrouwen en het leren houden aan duidelijke gedragsregels);
- paardrijden;
- voor drukke kinderen is de scoutingclub ook vaak heel geschikt. Ze kunnen daar vriendjes vinden. Sport, spel en leren samenwerken vind je bij de scouting.
Meer tips
- Het veranderen van druk gedrag kost tijd en energie. Houd daar rekening mee.
- Stimuleer spelen met vriendjes die niet zo druk zijn. Indien het spel te druk dreigt te worden, stuur dan tijdig op een positieve en rustige manier bij. Je kunt bijvoorbeeld even meespelen om het spel in goede banen te leiden. Als dat niet lukt kan het overstappen naar een ander spel een goede oplossing zijn.
- Laat je kind het liefst met niet meer dan één vriendje tegelijk spelen. Drukkere kinderen kunnen nog wel eens plotseling en zonder nadenken iets doen. Op zo’n moment kan een kind niet genoeg rekening houden met de gevoelens van het vriendje. Er kan ruzie van komen, waarbij je kind geen andere oplossing meer ziet dan slaan. Als je kind een ander kind pijn doet moet je natuurlijk ingrijpen: haal je je kind even uit de situatie. Probeer je kind af te leiden en te kalmeren. Neem je kind zo nodig even op schoot. Wanneer het weer rustig is, kun je met hem of haar de situatie bespreken. In een rustige sfeer kun je je kind veel beter uitleggen wat er precies is misgegaan.
- Zorg voor afwisseling in activiteiten en uitdagende materialen waar je kind veel mee kan doen, zoals bouwsteentjes of grote dozen om te bouwen.
- Neem regelmatig een moment rust, bijvoorbeeld door met je kind een boekje te lezen.
- Probeer situaties, die je kind nog niet zo goed aan kan te vermijden. Uitgebreid winkelen in de stad of te veel aanloop van familie kan voor kinderen moeilijk zijn. Sommige kinderen kunnen zo’n situatie niet overzien en dat geeft onrust.
- Onverwachte gebeurtenissen zijn niet goed voor een druk kind. Probeer ze te vermijden. Bereid je kind voor op nieuwe situaties. Doe dit niet te lang van tevoren. Bijvoorbeeld: wanneer er een verjaardag gevierd gaat worden, kun je de opeenvolgende gebeurtenissen beschrijven. Dat geldt ook voor bezoek, vakanties en uitstapjes.
- Je wil niet de hele dag lopen waarschuwen en verbeteren. Kies er dus voor om sommige minder storende negatieve gedragingen te negeren in plaats van proberen aan te passen.
- Neem regelmatig contact op met de leerkracht van je kind. Ook als je denkt dat het goed gaat! Probeer met de leerkracht op één lijn te zitten over de aanpak van je kind.
Blijf goed voor jezelf zorgen
Zorg dat je voldoende aan jezelf toe komt. Als jij goed uitgerust en goedgehumeurd bent, kun je veel meer van je drukke kind hebben. En dat heeft dan weer een positief effect op het gedrag van je kind.
Voel je nooit schuldig als je kind ondanks alle structuur, positieve aandacht, begrip, geduld en liefde toch druk is. Sommige kinderen zijn van nature druk. Vaak gaat het de ene dag beter dan de andere dag. Blijf je kind wel bijsturen!
Het kan heel prettig zijn om af en toe je hart te luchten bij je partner, familie of kennissen. Bespreek eventueel het gedrag en de ‘gebruiksaanwijzing’ van je kind met ouders van vriendjes en met de leiding van de (sport)club van je kind. Dat maakt de kans groter op begrip en goede reacties op het gedrag van je kind.
Zoek hulp als niets lijkt te helpen
Er zijn ook kinderen die ondanks al je aandacht en moeite druk blijven. Zij zijn vaak druk en chaotisch en kunnen heel moeilijk instructies opvolgen en opletten. Ze lijken niet goed te luisteren, terwijl ze dat echt wel willen. Ook spelen en omgaan met andere kinderen gaat vaak niet leuk en ze worden er zelf verdrietig van. Misschien vraag je je in dat geval af of je kind ADHD heeft. Lees hierover meer op Thuisarts.nl.
Het is verstandig om tijdig professionele hulp in te schakelen als je kind zo druk is dat je kind zelf of de rest van het gezin er last van heeft. Dat geldt ook als je kind door het drukke gedrag op school niet goed kan werken. Neem contact op met de jeugdarts van de Jeugdgezondheidszorg of je eigen huisarts.